Het snottebellenbeleid is aangescherpt voor kinderen tussen 4-12 jaar:
Kinderen tussen 4-12 jaar oud moeten met alle klachten passend bij COVID-19 thuisblijven en getest worden, dus ook bij verkoudheidsklachten (zoals loopneus, neusverkoudheid, niezen en keelpijn). Dit hoeft niet als ze af en toe hoesten of bekende chronische luchtwegklachten, astma of hooikoorts hebben zonder koorts en benauwdheid.
De reden dat het snottebellenbeleid wordt aangepast is de heropening van basisscholen en kinderopvang vanaf 8 februari. Hierbij is gekeken naar de epidemiologische situatie en de resultaten van het onderzoek in Lansingerland. Hierbij is ook de opkomst van de Britse variant meegewogen.
Voor kinderen van 0-4 jaar geldt een uitzondering in het nieuwe snottebellenbeleid: zij mogen met verkoudheidsklachten naar de opvang*. Jonge kinderen zijn vaak en bij herhaling verkouden. Dit wordt meestal veroorzaakt door een van de vele verkoudheidsvirussen en gaat vanzelf weer over. Als de algemene maatregelen bij COVID-19 worden aangehouden, worden deze jonge kinderen echter vaak en bij herhaling geweerd van de opvang. Dit is niet wenselijk met het oog op de ontwikkeling van de kinderen.
Vraag en antwoord over het snottebellenbeleid
Wanneer mogen kinderen met klachten naar de kinderopvang of basisschool en wanneer moeten kinderen thuisblijven?
Kinderen van 0-4 jaar mogen naar de opvang:
- met verkoudheidsklachten (zoals loopneus, neusverkoudheid, niezen en keelpijn);
- als ze af en toe hoesten,
- met bekende chronische luchtwegklachten, astma of hooikoorts zonder koorts en/of benauwdheid.
Maar verder blijven ze zoveel mogelijk thuis (bijvoorbeeld niet op bezoek bij anderen). Ook moeten ze thuisblijven bij verergering van deze klachten met hoesten, koorts en/of benauwdheid, of als ze getest gaan worden en/of in afwachting zijn van het testresultaat.
Kinderen van 4-12 jaar op de basisschool mogen met klachten passend bij COVID-19 niet naar school of naar de voorschoolse- en buitenschoolse opvang en blijven thuis. Uitgezonderd zijn kinderen die:
- Af en toe hoesten;
- Bekende chronische luchtwegklachten hebben;
- Bekend zijn met astma of hooikoorts zonder koorts en/of benauwdheid.
Deze kinderen mogen wel naar school en de voorschoolse- en buitenschoolse opvang, tenzij de klachten verergeren of nieuwe klachten passend bij COVID-19 ontstaan.
In de volgende situaties blijven kinderen ook thuis:
- Kinderen die getest worden, blijven thuis totdat de uitslag bekend is
- Kinderen die bij iemand in huis wonen die naast (milde) klachten die passen bij COVID-19, ook koorts heeft en/of benauwd is. Dan geldt: iedereen in het huis blijft thuis totdat die persoon een negatieve testuitslag heeft.
- Kinderen met een huisgenoot met COVID-19.
Wanneer kan een kind getest worden?
Alle kinderen van 0-12 jaar (groep 8) met klachten passend bij COVID-19 kunnen getest worden. Er zijn verschillende GGD teststraten die ook blaastesten of andere methodes hebben die gedaan kunnen worden in plaats van de test in de neus en/of keel. Vraag hier naar bij het maken van de afspraak.
Testen van kinderen 0-4 jaar wordt in ieder geval dringend geadviseerd als:
- het kind naast verkoudheidsklachten ook koorts heeft en/of benauwd is en/of (meer dan incidenteel) hoest – hierbij geldt: het kind laat zich testen en mag in principe bij een negatieve testuitslag weer naar de opvang*;
- het kind ernstig ziek is – laat in die gevallen contact opnemen met de huisarts; die kan besluiten om het kind te laten testen;
- het kind klachten heeft die passen bij COVID-19 EN een huisgenoot (categorie 1-contact) is van iemand die COVID-19 heeft;
- het kind klachten heeft die passen bij COVID-19 EN een contact (categorie 2 of 3) is van iemand die COVID-19 heeft;
- de GGD testen adviseert omdat het kind deel uitmaakt van een uitbraakonderzoek.
Dit geldt ook voor kinderen 4-12 jaar, met uitzondering dat zij ook een dringend testadvies hebben bij verkoudheidsklachten.
Een kind met klachten dat niet is getest, mag weer naar de kinderopvang of school als het 24 uur volledig klachtenvrij is (met een maximum van 7 dagen na de 1e ziektedag in het geval van aanhoudende milde klachten). Daarna mogen kinderen met milde klachten weer naar kinderopvang of school.
N.B. Bij jonge kinderen kan overwogen worden om PCR te verrichten op speeksel afgenomen met een sabbelwat in plaats van een keel- en neusswab. Zie voor meer informatie de paragraaf diagnostiek in de LCI-richtlijn COVID-19 en de Aanvullende informatie diagnostiek COVID-19.
Thuisblijven voor huisgenoten bij kind met verkoudheidsklachten
Voor huisgenoten van een kind met verkoudheidsklachten zonder koorts en/of benauwdheid, dat naar de kinderopvang of de basisschool gaat, geldt dat zij niet thuis hoeven te blijven, mits zij zelf geen klachten hebben. Ook niet als het verkouden kind een contact is van iemand met bevestigde COVID-19 en getest wordt.
Huisgenoten van kinderen van 0-12 jaar moeten thuis blijven indien het kind naast milde klachten die passen bij COVID-19 ook koorts heeft en/of benauwd is, en uiteraard wanneer het kind positief wordt getest. Zij mogen uit quarantaine als het kind negatief getest is.
Indien een kind met milde klachten en koorts en/of benauwdheid niet wordt getest, blijven de huisgenoten thuis tot het kind 24 uur volledig klachtenvrij is (met een maximum van 7 dagen na de 1e ziektedag in het geval van aanhoudende milde klachten). Daarna mogen kinderen met milde klachten weer naar kinderopvang of school en de huisgenoten uit quarantaine.
Bovenstaande adviezen worden regelmatig geëvalueerd en op basis van de epidemiologische ontwikkelingen zo nodig aangepast. Kijk vooral ook naar de beslisboom verkouden kinderen op de AJN-site.
Onze reactie
Wij zijn blij dat de regels voor de jongste kinderen niet zijn aangescherpt in het nieuwe snottebellenbeleid. Wij maken ons echter grote zorgen over de gevolgen die dit heeft op kinderen op de basisschool en hun ouders. Deze aanscherping gaat ervoor zorgen dat veel kinderen alsnog thuis zitten, zonder thuisonderwijs. Hierdoor ontstaat een gatenkaas in de kennis van kinderen. Ook zullen kunnen veel vaker getest moeten worden willen ze weer naar school kunnen. Veel ouders twijfelen over de invasieve methodieken en zullen ervoor kiezen hun kind dan langer thuis te houden wat de invloed op de ontstane gatenkaas verder vergroot.
Bovendien zorgt het ervoor dat ouders alsnog niet volledig kunnen werken, terwijl werkgevers dit wel verwachten. Ook werkgevers zullen hier de nadelen van gaan ondervinden. Wij maken ons ook zorgen over de gevolgen die dit heeft op ouders met een cruciaal beroep. Als zij niet kunnen werken doordat een kind een snottebel heeft, heeft dit een grote impact op het werk dat zij uitvoeren. Het betekent bijvoorbeeld dat een leerkracht niet voor de klas kan staan, waardoor een hele klas thuis zit. Of die politieagent of verpleegkundige niet hun werk kunnen uitvoeren.
De signalen die worden afgegeven zijn bovendien erg tegenstrijdig. Kinderen spelen geen grote rol in de verspreiding van het virus, maar moeten nu wel met een snottebel thuis blijven. Tevens vrezen wij dat dit voor veel gedoe aan de deur gaat zorgen op school. Discussies tussen leerkracht en ouder over of een kind wel of niet welkom is zijn niet in het belang van het kind.
Oproep aan ouders
Wij zullen een vinger aan de pols houden en vragen ouders zich te melden op ons meldpunt. Alle signalen nemen wij mee in onze gesprekken met het ministerie van Onderwijs. Wij vragen hierom ook aan ouders om het meldpunt in hun vriendenkring te delen zodat we een duidelijk beeld krijgen van de problemen die ontstaan door de aanscherping van de regels.
Ons meldpunt heeft sinds half december ruim 23.000 reacties van ouders mogen ontvangen.
Stichting Voor Werkende Ouders
Wij zijn Stichting Voor Werkende Ouders. Het runnen van een gezin is als het runnen van een bedrijf. Wij denken dat het makkelijker kan. Hierin speelt iedereen een rol, de politiek, de maatschappij, werkgevers, de media en ouders zelf. Wij lobbyen hiervoor. Wij helpen ouders met praktische tips en tools. Wij vertegenwoordigen ruim 15.000 ouders in Nederland. Bijna 600 ouders denken met ons mee in onze denktank. Doe je ook mee?
