Hoe ziet gezinsbeleid in het buitenland eruit? Hoe worden gezinnen ondersteund in bijvoorbeeld Duitsland, Finland, België of Engeland? Wij pleiten in Nederland voor een duidelijk gezinsbeleid en hebben deze vraag met de Kamer neergelegd bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Het resultaat; Gezinsbeleid in omringende landen.
Conclusies gezinsbeleid in omringende landen
Het rapport heeft in verschillende landen (Duitsland, België, Finland, Noorwegen, Zweden, Litouwen en het Verenigd Koninkrijk) gekeken naar het gezinsbeleid. Wat doen deze landen specifiek voor gezinnen en waarom? Een aantal conclusies op een rij:
- Inkomenssteun voor gezinnen, verlofregelingen voor de combinatie werk & zorg en voorzieningen voor welzijn van kinderen, vormen de hoofdthema’s van gezinsbeleid. Doelstellingen variëren van armoedebestrijding tot welzijn van kinderen, het verhogen van de arbeidsparticipatie van vrouwen, het verbeteren van de gelijke verdeling van zorgtaken en het verhogen van geboortecijfers om bevolkingskrimp tegen te gaan.
- Het gezin bestaat niet meer. Beleidsmakers houden zich bezig met de vraag: ‘wie is het gezin’ en hoe moet het beleid aangepast worden om in te spelen op de unieke behoeften en uitdagingen van diverse gezinssamenstellingen.
- Voorheen vormde het kostwinnersmodel de basis voor de beleidsinstrumenten. Inmiddels zijn alle landen verschoven naar het tweeverdienersmodel. Noorwegen, Zweden en Finland zijn opgeschoven naar het tweeverdieners–tweeverzorgersmodel (gelijke verdeling van werk en zorgtaken binnen het gezin).
- Inkomenssteun voor gezinnen is (nog steeds) een van de belangrijkste fundamenten van gezinsbeleid. Financiële steun wordt steeds meer werk-gerelateerd en inkomensafhankelijk. Daarnaast is een toenemende fiscalisering van financiële steun aan gezinnen te zien. Er bestaan zorgen over de complexiteit van belastingsystemen en daarmee samenhangende ontoegankelijkheid. De meest kwetsbare gezinnen kunnen moeite hebben om de ondersteuning te krijgen waar ze recht op hebben.
- Het verzoenen van werk en gezinsleven via verlofregelingen is een tweede belangrijke pijler van het beleid en wordt steeds belangrijker. Alhoewel ze in lengte, duur en voorwaarden verschillen, hebben tegenwoordig alle landen het recht op drie soorten verlof wettelijk vastgelegd: zwangerschaps-, ouderschaps- en vaderschapsverlof. In alle landen zijn de verlofregelingen verschoven van een genderstereotype focus op werkende moeders, naar een meer inclusievere focus op werkende ouders.
- Er is discussie over de zogenoemde ambivalentie in gezinsbeleid. Zo worden aan de ene kant vrouwen (moeders) aangemoedigd om meer en langer te werken via arbeidsmarktbeleid terwijl aan de andere kant de opname van verlof voor zorg wordt gestimuleerd door gezinsbeleid.
- Het bieden van kinderopvang wordt steeds meer gezien als een instrument voor kind welzijn en cruciaal voor de ontwikkeling van kinderen en het bevorderen van gelijke kansen. Dit is een verschuiving van kinderopvang als arbeidsmarktinstrument naar onderwijs- en ontwikkelingsinstrument. Het doel is dan niet zozeer om zorg te bieden aan peuters en baby’s terwijl hun ouders werken, maar om zo vroeg en zo goed mogelijk educatie te bieden aan jonge kinderen via hoogwaardige opvang en onderwijs. Onder andere Duitsland, Finland, België en Zweden hebben het recht op voorschoolse educatie en kwalitatief hoogwaardige opvang en zorg voor kinderen wettelijk vastgelegd.
- Werkgevers (wel of niet in samenwerking met overheden) spelen een belangrijke rol in het stimuleren of faciliteren van de combinatie werk & zorg van hun werknemers. Door krapte op de arbeidsmarkt proberen werkgevers aantrekkelijke werk(-gezin) regelingen aan te bieden of de reputatie te krijgen een ‘gezinsvriendelijk’ bedrijf te zijn in de strijd om getalenteerde werknemers. Ook zijn werkgevers soms bezig met het compenseren, tot op zekere hoogte, voor ofwel hiaten ofwel het ontbreken van nationaal beleid.
Denkrichtingen voor toekomstig gezinsbeleid in Nederland
Het rapport geeft ook verschillende denkrichtingen voor toekomstig gezinsbeleid in Nederland aan.
‘Ze benadrukken het belang van een vooruitstrevend en inclusief gezinsbeleid voor Nederland wat aansluit bij de behoeften van ‘nieuwe’ gezinsstructuren en anticipeert op toekomstige trends en uitdagingen als gevolg van veranderende visies op het gezin.’
- Gezinsbeleid begint met de vraag waarom het belangrijk is om gezinnen via beleid te ondersteunen, reguleren en beïnvloeden. Met andere woorden, het is belangrijk een duidelijke keuze uit de diverse doelstellingen van gezinsbeleid te maken.
- Bij het maken van gezinsbeleid helpt het ook om het tweeverdienersmodel van het tweeverdieners-tweeverzorgersmodel te onderscheiden. In landen waar men het tweeverdieners-tweeverzorgersmodel hanteert, gaat zowel aandacht naar arbeidsparticipatie van vrouwen als participatie van mannen in zorg.
- Het kan behulpzaam zijn om diversiteit aan gezinsstructuren als startpunt voor nieuw gezinsbeleid te nemen. Dit begint met het in kaart brengen van de verschil- lende gezinssamenstellingen en het inventariseren van hun unieke behoeften, doelen en uitdagingen.
- Als de doelen en uitgangspunten duidelijk zijn, kunnen gezinsbeleidsmaatregelen langs de meetlat worden gelegd of ze nog overeenkomen met de beleidsdoelen en of ze gelijk toegankelijk zijn voor diverse gezinssamenstellingen. Waar nodig kunnen de beleidsinstrumenten aangepast worden.
- Ook het fiscaal beleid kan aan de beleidsdoelen worden gemeten, waarbij zorgvuldig kan worden afgewogen welke combinaties van de verschillende gezinsbeleid maatregelen samenwerken en elkaar aanvullen voor een grotere impact.
- Met een vergrijzende bevolking lijkt het noodzakelijk om intergenerationele aspecten van gezinnen mee te nemen in nieuw beleid.
- Het kan tot beleid worden gemaakt om het recht op toegankelijke en hoogwaardige kinderopvang gelijk na afloop van het ouderschapsverlof wettelijk te borgen, in navolging van onze buurlanden. Op deze manier is kinderopvang niet alleen een be- langrijk arbeidsmarktinstrument, maar ook een investering in zo vroeg en goed mo- gelijke educatie en ontwikkeling van kinderen.
- Uit het onderzoek blijkt dat het belangrijk is dat behoeftige gezinnen goed hun weg weten te vinden naar inkomenssteun en maatregelen waar ze recht op hebben. Om te vermijden dat maatregelen ontoegankelijk worden, mogen ze niet onnodig complex en onoverzichtelijk zijn.
- We zien uit voorbeelden in andere landen dat gezinsbeleid het beste vorm kan worden gegeven ‘voor’ maar vooral ook ‘met’ diverse gezinnen.
- Aangezien werkgevers een grote invloed hebben op de combinatie werk & zorg van hun werknemers, kunnen ook zij worden betrokken bij de vormgeving en uitvoering van gezinsbeleid.
Wij denken
Wij pleiten al enige tijd voor een duidelijk gezinsbeleid in Nederland. We zien dat het nergens belegd is, niet bij een ministerie, niet in de Tweede Kamer, maar ook te weinig bij werkgevers. Elk ministerie heeft zijn eigen beleid; het ministerie van Onderwijs wil dat vrouwen meer gaan werken zodat ze financieel onafhankelijk zijn. Het ministerie van Sociale Zaken stimuleert dit meer werken niet doordat de kinderopvangtoeslag inkomensafhankelijk is. Waarom zou je meer werken, als je daardoor minder overhoudt? Het is slechts 1 voorbeeld van het gebrek aan visie en ondersteunend gezinsbeleid.
Met de Staat van het Gezin kijken wij ieder jaar naar waar gezinnen tegenaan lopen. Wat gaat er goed en wat kan er beter? De laatste Staat van het Gezin liet duidelijk zien dat ouders het gevoel hebben er alleen voor te staan. Maar liefst 82% van de ouders vindt dat er in de politiek geen aandacht is voor gezinnen. Het laatste gezinsbeleid, de gezinsnota ‘de kracht van het gezin’, komt uit 2008. Daarna is er geen vervolg op gegeven.
Dit onderzoek laat duidelijk zien dat het hebben van gezinsbeleid noodzakelijk is om gezinnen beter te ondersteunen. Het geeft een duidelijke denkrichting mee aan een nieuw kabinet. Onze hoop is dat het nieuwe kabinet hier werk van gaat maken om gezinnen, in al zijn verschijningsvormen, te ondersteunen in het belang van de volgende generatie.
Wij gaan hier op inzetten. Wij gaan overal waar we kunnen samen met onze partners in het keukentafelpact het gezin op de kaart zetten en pleiten voor een duidelijk gezinsbeleid.
Stichting Voor Werkende Ouders
Het runnen van een gezin is als het runnen van een bedrijf. Wij denken dat het makkelijker kan. Hierin speelt iedereen een rol, de politiek, de maatschappij, werkgevers, de media en ouders zelf. Wij lobbyen hiervoor. Wij vertegenwoordigen ruim 15.000 ouders in Nederland. Daarnaast helpen we ouders met simpele tips en tools op Wat Ouders Willen Weten en TijdBaas. Ruim 900 ouders denken met ons mee in onze denktank.