Marjet Winsemius, directeur van Stichting Voor Werkende Ouders, schrijft brieven aan Mark Rutte. Ze doet dit met een knipoog, met een lach en een traan, maar vooral uit het hart gegrepen. Vandaag gaat het over de oudermaffia. Ouders die elkaar de maat nemen, een grote irritatie van Marjet zo blijkt uit haar brief.
Lieve Mark,
Hoe doe jij dat toch? Hoe ga jij zo’n Tweede Kamer binnen of ga je naar een internationale vergadering wetende dat een kwart je niet mag vanwege je politieke standpunt, een kwart je niet kent en een kwart doet alsof ze je mogen, maar ondertussen… Oke je mag het laatste kwart rekenen tot bekenden, kennissen en misschien wel een select clubje vrienden. Maar toch, wetende dat driekwart van de zaal je het liefst niet ziet, hoe stap je binnen? Hoe houd je je rug recht en je hoofd geheven met dit gegeven in je achterhoofd? En je hebt ze ook nog eens nodig om je doelen te bereiken, dus de nodige etiquette is gewenst en zelfs noodzakelijk. En dat dag in dag uit. Pffff….
Helaas herken ik het gevoel maar al te goed. Twee keer per dag moet ik dat schoolplein op. Twee keer per dag die moeders in de ogen kijken, wetende dat ze met het grootste gemak een mes in je rug zetten. Ik durf zelfs wel te stellen Mark, dat het schoolplein nog vele malen erger is dan de Tweede Kamer, NAVO en Europese Commissie samen! Daar heb je nog bepaalde beleefdheidsvormen. Die zijn op het schoolplein ver te zoeken. Negeren, de rug toedraaien als je erbij komt staan of terwijl jij iets aan het vertellen bent uit het niets een ander gesprek beginnen met iemand die aan komt lopen. Allemaal orde van de dag.
Vuile praatjes en messen
Je bent ook niet gewoon Marjet of Mark. Nee, je bent die moeder met die kinderen met ongekamde haren. En dat is de beschaafde versie. Als de ander dan nog niet weet over wie je het hebt, dan worden de registers opengetrokken en komen alle vuile praatjes en messen op tafel. ‘Dat is die moeder die nooit wat op school doet.’ Dat is die moeder, die haar kinderen dumpt op school en gelijk naar haar werk gaat.’ ‘Dat is die moeder die mijn liefste dochter twee jaar geleden niet heeft uitgenodigd voor haar partijtje.’ De tegenpartij gaat vervolgens ook op zoek naar munitie om het verhaal wat aan te zetten. ‘Ohh zij, zij heeft laatst mijn kind aangesproken omdat hij ‘kutwijf’ zei. Dat kan toch niet. Toch schandalig dat ze mijn prinsje zo durft aan te spreken.’
Ik weet het Mark; infantiel, bekrompen, zonde om tijd aan te besteden, het zegt meer over hen dan over mij, maar wat moet je dan als je dochter zo graag bij de grootste heks van school wil spelen? ‘Nee, lieverd, want ik vind die moeder niet zo leuk?’ Nee hoor, je laat je kind natuurlijk gaan, want je gunt haar alle plezier. Maar het betekent wel dat jij het hol van de leeuw in moet. Je raapt al je moed bij elkaar en stapt met geheven hoofd en een rechte rug het garagepad op. Je ademt nog 1x flink in, zet je allergrootste glimlach op en drukt op de deurbel. Het schiet je nog snel te binnen om je shirtje recht te trekken, want je weet; deze dame maakt of breekt je op het schoolplein. Net als vroeger; hoor je erbij of hoor je er niet bij? Zij is de popie jopie van de klas en heeft een schare volgers die je het leven heel zuur kunnen maken.
Oudermaffia in optima forma
Je hoort haar al aankomen, op haar mooie 8 cm hoge hakken. Sta ik daar met mijn drie jaar oude gympies. Dat ik daar niet even aan gedacht heb, sukkel dat je bent. Maar geen tijd om er nu over na te denken, de deur gaat open. Met een veel te overdreven ‘Haaaiii’ begroet je haar. ‘Kom binnen!’ Nog voordat ik haar huis goed en wel binnen ben, begint ze over-enthousiast te vertellen hoe lief ze waren samen en dat ze er geen omkijken naar heeft gehad en hoe netjes mijn dochter was…. Pfffff, het is goed gegaan. Dochterlief heeft zich van haar beste kant laten zien. Daar kan Opperheks zich niet over beklagen bij haar onderdanen. ‘En of ik zin heb in een kopje thee?’ Nog voordat ik er erg in heb, zeg ik al; ‘Natuurlijk!’ Ik vervloek mezelf zodra het eruit is. Dat betekent dat ik zeker nog 20 minuten langer hier moet zijn en dat terwijl ik hier al helemaal niet wilde zijn. Natuurlijk ziet haar huis eruit alsof het de VT-wonen zelf is. Het lijkt alsof deze vrouw alles voor elkaar heeft. Hakken tot aan de hemelpoort, leuke man, keurig gemaaid gras, de laatste woontrends, kinderen in het hoogbegaafde clubje, een hond die braaf ligt te slapen in zijn mand…..
Ik weet niet hoe, maar die twintig minuten overleef ik. Dochterlief en ik staan op het punt om naar buiten te gaan als ze nog met zelfgebakken taart aan komt zetten. Die hadden de meiden samen gemaakt. ‘Nou wat lief!’, krijg ik er nog uitgeperst. Ik zwaai nog even extra hard en overdreven voordat we het hoekje om zijn. Ppppfffff, hoor ik mijn dochter zuchten. Ik kijk haar verbaasd aan. ‘Wat is er lieverd?’ ‘Hoef ik daar nooit meer te spelen, mama? Ik ben er helemaal moe van.’ ‘Hoezo dat dan?’ ‘Ik mocht nergens aankomen. Niet aan de barbies, niet op de bank, zelfs niet aan de cake. Wij mochten alleen maar kijken En weet je mam, die mama heet niet eens Anne-Christine.’ ‘Oh, hoe heet ze dan?’ ‘Ze heet gewoon An. Ze heeft gewoon een andere naam bedacht omdat ze die van haar niet mooi genoeg vond.’ ‘Maar hoe weet je dat dan?’ Dat heeft Sofietje mij verteld. Gek he! Maar hoef ik daar nooit meer naar toe, mama? Ik vond het echt niet leuk.’ ‘Wij hoeven daar nooit meer naar toe, lieverd. Nooit meer!’
Liefs,
Marjet